Op naar Delden, met dank aan kasteel Twickel
Er is iets bijzonders gebeurd. Wij, De Reizigers, schrijven veelal over mooie buitenlanden. Nog niet eerder vonden we het nodig iets te vertellen over een plek dicht bij huis.
Nou zijn die laatste drie woorden niet letterlijk te nemen, maar feit blijft: de primeur is voor Delden. Een dorpje richting de Duitse grens dat zijn bestaan eigenlijk en vooral te danken heeft aan kasteel Twickel en het gelijknamige, wijds uitgestrekte landgoed. Daar in Overijssel gedijt Delden dankzij Twickel (kijk hier). Waarom het stadje dan ook geen Twickel heet, is ons een raadsel, maar doet hier natuurlijk niet zo heel veel ter zake. Het is echt zo’n weekendweg-plekje in Nederland of voor wie rustig zijn kilometers pakt richting Duitsland een aangename eerste stopplaats. Het stadje zelf is niet erg groot en met een vlotte wandeling geheel in de smiezen te krijgen. Maar de hoeveelheid hotels en Bed & Breakfasts is er omgekeerd evenredig.
Dat maakt Delden direct zo leuk. Het heeft alles: van prima slaapplekken (wij kunnen de gloednieuwe B&B Den Soeten Inval aanbevelen kijk hier) vlakbij de kerk en het wat verouderde maar deels alweer opnieuw ingerichte hotel Carelshaven (kijk hier) net buiten de dorpskern aanbevelen), tot soms bijna onwerkelijk mooie natuur. Want het kasteel mag er dan als zo’n echt jongensachtig Ivanhoe-kasteel uitzien – dat helaas maar af en toe zijn deuren openzet voor ons voetvolk, al is er in de zomermaanden wel een aardige orangerie – het is het landgoed dat ons Reizigers trekt. En misschien ook wel restaurant Het Witte Paard, maar daarover zo meteen meer.
Men neme eenvoudig de Umfassungsweg
De natuur hier (en dat ‘hier’ is rijksweg A1 afrijden in de richting van Almelo en Hengelo) laat zich eenvoudig zien. Het is echt heel simpel: men neme de paaltjes met de opvallende aanduiding Umfassungsweg en dat volg je tot je na een kilometer of negen keurig rond bent gewandeld. Dat is gratis en voor niks, met onderweg een onbemand karretje vol versnaperingen waar je alleen maar je euro’s in een blikje hoeft te stoppen en wat lekkers in ruil kunt meenemen. Het landgoed biedt Hollandse vergezichten en on-Hollandse, soms adembenemende moerasnatuur. Wie het landgoed rond het kasteel met zijn enorme rododendrons wil bewonderen, moet een kleine, financiële bijdrage aan het onderhoud leveren.
En dan is er dus de bijzonder smakelijke verrassing die Delden voor ons Reizigers in petto heeft en het verblijf allemaal nog net even iets aangenamer maakt. We banjeren vanuit onze B&B of hotel op ons dooie gemakkie naar restaurant Het Witte Paard (kijk hier). En dat is een leuk ingericht etablissement met gerechten om je vingers bij af te likken. Topkok in de keuken, innemende gastvrouw bij de tafel. Wat wil je nog meer. Gewoon het maandgerecht is al prima, ook mooi aan de prijs. Maar wie zich echt te buiten wil gaan, kiest voor de bijzondere koeien-biefstukken. Zolang ze nog geen Michelinster hebben, blijft het ook nog leuk betaalbaar… Tweemaal hebben wij Delden nu aangedaan; de laatste keer zeker ook om op herhaling te mogen gaan bij Het Witte Paard.
(Bezocht in zowel mei als juni 2016)